TAFELREGULATEUR: Janvier No:53 Ca. 1822 Frankrijk

Regulateurs Tafelklokken

M&R29a

TAFELREGULATEUR
Gesigneerd en genummerd: Janvier No:53
Circa 1822
Frankrijk

Uurwerk
Het messing platine-uurwerk bestaat uit gaand- en slagwerk. Het gaandwerk is uitgevoerd met pennengang (net als de Graham-gang een rustende gang) en fraai uitgevoerde compensatieslinger. Het door een sluitschijf geregelde slagwerk geeft de uren voluit en de halve uren met één slag op een bel aan. Het uurwerk heeft een centrale secondewijzer en is op de achterplatine gesigneerd en genummerd: Janvier No:53.

Wijzerplaat
De ronde, wit geëmailleerde wijzerplaat heeft zwarte Romeinse uurcijfers en streepjes als minuutaanduiding waarbij die voor de vijf minuten zijn aangezet. De opwindgaten zijn in het centrum van de wijzerplaat bij de IIII en de VIII aangebracht. De tijd wordt aangegeven door twee uitgezaagde vuurvergulde messing wijzers. De geblauwd stalen secondewijzer heeft een afzonderlijke secondering aan de binnenzijde van de uurring. De wijzerplaat wordt afgeschermd door een bol glas gevat in een vuurvergulde lunet. De deur kan geopend worden door een verholen slot aan de rechterzijkant van de kast.

Kast
De strakke, geprofileerde mahoniehouten kast is aan vier kanten van glas voorzien. Ook de bovenzijde is beglaasd. De achterdeur kan aan de zijkant geopend worden. De wijzerplaat wordt gesierd door twee gegoten hoekornamenten en de onderzijde van de wijzerplaat door een gegoten en nabewerkte lambrekijn met kwastjes; alle ornamenten zijn van gegoten vuurverguld messing. De voet en de bovenzijde van de kast zijn voorzien van geprofileerde randen. De kast rust op vier rechthoekige pootjes.

Gangduur: 1 week

Hoogte: 46 cm.
Breedte: 25,5 cm.
Diepte: 20,5 cm.

Literatuur:
– Tardy, Dictionnaire des Horlogers Français, blz. 323-24.
– Antide Janvier, p 65.

 

 

 

De maker
Antide Janvier (1751-1835) was, net als Bourdier en andere vooraanstaande achttiende-eeuwse klokkenmakers, toegewijd aan de wetenschap van de horologie. Janvier maakte precisieklokken van bijna ongekende nauwkeurigheid en creëerde, net als Abraham-Louis Breguet (1747-1823), enkele van ’s werelds meest complexe en geavanceerde klokken, waarvan deze kleine tafelregulateur een mooi voorbeeld is. Als officiële klokkenmaker van Lodewijk XVl kreeg Janvier onderdak en een werkplaats in het Louvre, van waaruit hij klokken leverde voor de koninklijke paleizen. Tijdens de Revolutie werden Janvier en een andere koninklijke klokkenmaker, Robert Robin (1742-1809), gevangengezet; echter Janvier werd later in dienst genomen door de nieuwe regering, die hij adviseerde over een nieuw decimaal systeem van tijdmeting.

Antide Janvier werd op 1 juli 1751 geboren in Lavans-lès-Saint-Claude in de Bourgogne-Franche-Comté ten noordoosten van Genève en stierf in het jaar 1835. Hij ging in de leer bij abbé Jacques-Joseph Tournier (1690-1766), de uitvinder van een methode voor een teltoestel. Op zeer jonge leeftijd raakte Janvier geïnteresseerd in mechanische instrumenten en astronomie. Toen hij 15 was vervaardigde hij een globe, uitgevoerd met mechanisch bewegende hemellichamen. Hij presenteerde dit aan de “Academie des Arts et Belles-Lettres de Besançon”, waar hem tijdens een speciale zitting op 24 mei 1768 een certificaat werd toegekend. Enige tijd later verhuisde Janvier naar Besançon. Hier voerde hij belangrijke restauraties uit, zoals aan een tafelklok die vervaardigd was voor Cardinal Granvelle in Augsburg 1564. Terug in Saint Claude werd hij enige tijd later voorgesteld aan enkele koninklijke hoogheden en werd vervolgens hofleverancier. In Verdun richtte hij een uurwerkmakersschool op en trouwde met Anne-Catherine Guyot, dochter van een boekhandelaar. Na een bewogen leven waarin hij talrijke klokken vervaardigde overleed Antide Janvier op 21 september 1835 in het Cochin ziekenhuis in Parijs.

 

 

 

Lees meer Neem contact op